Menu

Wat Is De Oplossing?

Is tuinieren zonder turf mogelijk?

turfvrij tuinieren is mogelijk

Natuurlijk! Turf houdt water en mineralen goed vast, maar veel duurzame turfvervangers (veenvervangers) zoals bladcompost of mengsels op basis van kokos of houtvezels doen dat net zo goed (zie onze FAQs voor meer details). Goed om te weten: Zelfs de Botanische Tuin Amsterdam (De Hortus) kan met zijn immense plantenassortiment (vrijwel) helemaal zonder turf!

Wat kunnen we eraan doen?

We moeten stoppen met het gebruik van turf. Laten we differentiëren.

  • Turf in de handen van particuliere tuinders is gewoon een verspilling en moet zo snel mogelijk worden verboden.
  • Turf voor sierplanten is een gemak. Het kweken van de zaailing in turf geeft betrouwbare resultaten, maar er is geen reden dat de hele pot met turf moet worden gevuld. Een verschuiving naar een dergelijke tweetrapsbenadering is binnen enkele jaren haalbaar.
  • Turf voor zaailingen die in precisielandbouw wordt gebruikt, zal de moeilijkste noot zijn om te kraken. Het steriele karakter van veen en zijn zeer uniforme eigenschappen brengen een groot economisch voordeel met zich mee. Het vervangen van turf door hernieuwbare materialen in de voedingssector zal jaren van zorgvuldig experimenteren vergen.

Laten we eens kijken hoe elk van deze drie gebruikersgroepen kan bijdragen aan een groenere toekomst.

Wat Kan De Substraat (Growing Media) Industrie Doen?

De kern van de transitie naar een turfvrije toekomst is de substraat industrie zelf. Ze moeten leveren wat de markt vraagt, maar de markt vraagt om ‘kwaliteit’ en niet om ‘turf’. Daarom hebben deze bedrijven een enorme invloed op de markt.

1) Onmiddellijk met het gebruik van niet-RPP-veen stoppen (zie de FAQ’s over het label Responsibly Produced Peat (RPP).

2) Campagne voeren voor een betere beschikbaarheid van alternatieve materialen, b.v. strijden tegen subsidies voor de verbranding van biomassa. Ze kunnen ook hun eigen professionele klanten aanwakkeren om groenafval te recyclen.

3) Experimenteren met alternatieve mengsels en co-ontwikkeling met hun klanten. Hieronder vindt je een lijst met alle experimenten met veenvrije substraten die momenteel in Duitsland worden uitgevoerd (LINK). 

4) Voorlichtingscampagne starten over verstandig gebruik van verschillende soorten bodemproducten (b.v. potgrond vs. tuinaarde).

Wat Kan De Sierteeltsector Doen?

De sierteeltsector is een grote turfverbruiker. In veel gevallen wordt turf gebruikt voor het gemak. Deze fossiele bron is spotgoedkoop en zeer licht van gewicht zodat de klanten geen zware potten hoeven te slepen.

Van de kant van de sierteeltsector kan veel worden gedaan.

1) Etikettering. Welke substraten zijn er voor jouw planten gebruikt? Plak een sticker op de pot en geef deze informatie ook online door.

2) Plug-only: Kweek jouw zaailingen in de technisch best mogelijke potgrond in plugs en plant deze zaailing vervolgens in een turfvrije grond.

3) Recycling: De plug-only-strategie vereist grote hoeveelheden alternatieve materialen. Je werk levert grote hoeveelheden groenafval op, die op hun beurt weer gebruikt kunnen worden voor de productie van potgrond. Verzamel het en geef het aan recycling-/composteringsbedrijven. Klinkt triviaal? We zouden dit niet vermelden als we professionele telers niet gewoon hun groenafval hadden zien verbranden, waarbij ze giftig fijnstof produceerden in plaats van groeimedia.

Wat Kan De Voedingssector Doen?

De reis naar een turfvrije wereld zal voor deze sector de langste zijn. Veiligheid staat centraal: voor de gezondheid van de klanten die deze producten eten, maar ook voor de stabiliteit van de voedselketen.

1) Recycling van gebruikte groeimedia voor de meest waardevolle toepassing.

2) Maak onderscheid tussen substraattypes. Een voorbeeld: champignontelers zijn grootverbruikers van veen. Sommigen van hen slagen erin om onderscheid te maken tussen een boven- en onderlaag voor hun groeisubstraten. Turf- en niet-veenlagen worden na gebruik gescheiden en deels gerecycled.

3) Verlaag het veengehalte in de zaailingpluggen stap voor stap.

Onze Visie: Hoe Zou Een Weg Naar Een Turfvrije Toekomst Eruit Kunnen Zien?

Stichting Turfvrij promoot een meerstappenaanpak naar een turfvrije toekomst.

Per direct: Volledige transparantie: volledige ingrediëntenlijsten op alle zakken en websites waar potgrond en tuinaarde wordt verkocht. Ook promoten we ingrediëntenlijsten voor potplanten.

Korte termijn (tot 2024): Verbod op turf voor particuliere gebruikers. Het is in de meeste gevallen gewoon niet nodig. De kleine hoeveelheden die nodig zijn voor de zaailingen kunnen gemakkelijk worden gedekt door het kleine maar groeiende assortiment turfvrije alternatieven.

Middellange termijn (2024-2028): Plug-only voor de professionele markt: gebruik van turf wordt beperkt tot zaailingpluggen (20-50 ml per plant) voor zover beschikbaarheid van alternatieve substraten dit toelaat.

Lange termijn (2030): Verbod op alle turfhoudende producten.

Opmerkingen:

1) Producten die technisch niet zonder turf kunnen worden geteeld:

1a) Voedsel: Vrijgesteld van de regel. Maar: De bewijslast ligt bij de turfgebruiker. Hergebruik van turf is verplicht voor zover technisch mogelijk.

1b) Non-food: deze producten zijn dan vanaf 2030 in Nederland verboden. Je komt nog steeds een plantenwinkel binnen en denkt: “Wauw, wat hebben ze veel mooie planten.”

2) Er moet een verbod worden uitgevaardigd op productniveau (niet op productieniveau) om ervoor te zorgen dat de binnenlandse industrie niet benadeeld wordt ten opzichte van buitenlandse concurrentie. Dat betekent dat de productie, import en export van turfhoudende producten op dezelfde manier worden beïnvloed, zodat geen enkele producent, binnenlands of buitenlands, benadeeld wordt.

Internationale regelgeving en markten

Internationale overeenkomsten zouden het proces kunnen versnellen

Er zijn goede en slechte instrumenten om de industrie en de consument een duwtje in de rug te geven richting duurzame alternatieven voor veen. Internationale overeenkomsten zijn daarom belangrijke instrumenten om een beleidsomgeving te creëren die de binnenlandse tuinbouwsector niet benadeeld. Nationale acties zijn echter zinvol, zelfs zonder internationale overeenkomsten. Wanneer we naar vraag en aanbod kijken, zien we dat het dreigende veenverbod in Groot-Brittannië telers die daar hun afzetmarkt hebben, aanzet om veenvrije productlijnen te ontwikkelen. Aan de aanbodzijde leidt de beperking van veenwinning in Ierland en Duitsland tot hogere veenprijzen, waardoor hernieuwbare alternatieven gemakkelijker kunnen doorbreken op de markt.

Nieuwe markten voor veen: een kans voor de industrie, een ramp voor het milieu

Buiten Europa en Noord-Amerika wordt turf nog niet veel gebruikt. Het introduceren van een milieubelastende praktijk in markten die het prima doen zonder turf, zou alle problemen die we hier hebben besproken, verergeren. We kunnen anderen niet verbieden om te genieten van het gemak van turf terwijl we het zelf gebruiken. Daarom moeten wij Europeanen het goede voorbeeld geven en turf uitfaseren voordat het een echt mondiaal product wordt.

Zie dit artikel (LINK) over China dat een rol speelt in de turfhandel en mogelijk 50 keer zo groot wordt als de Nederlandse markt!

nl_NL